Dit koord bestaat uit twee, naast elkaar liggende kernen van soepel, zacht vezelmateriaal. Om beide kernen is een losse mantel van uiterst fijn vlechtwerk aangebracht. Die mantels zitten aan elkaar vast en zorgen ervoor dat er een plat koord ontstaat.
De grap van soutache is dat je één kern kunt vasthouden, terwijl je beide mantels opstroopt. Het resultaat is een bocht in het platliggende koord.
De kern die je vasthoudt vormt altijd de binnenbocht, dus je kunt de bocht in het platliggende koord naar wens besturen.
Om de rafels aan het uiteinde in bedwang te houden gebruik je een klein druppeltje secondenlijm. Het bochtenwerk kan je vastzetten met naald en draad of met een klein druppeltje secondenlijm.